Direct naar inhoud

Hoog contrast

Hoog contrast

“Wij willen de huidige bewoners laten weten wat er tijdens WOII gebeurde in de Boelaerbuurt”

De buurt rond het Te Boelaerpark kende ooit een grote Joodse bevolking. Vele van deze Joodse buurtbewoners zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog vermoord. De vrijwilligers van het Littekensproject Boelaerbuurt willen hun verhalen bekendmaken. Ook leggen ze struikelstenen voor Joodse buurtbewoners en lokale verzetsmensen. Koen Huybreghts en Wilfried Defillet – die samen met Cath Joos het project coördineren – vertellen over hun beweegredenen.

Koen: “Na elk bloedig conflict wordt gezegd: ‘Dit nooit meer.’ Maar dat voornemen verwatert snel. Als je er niets uit leert, heeft herdenking geen zin. Daarom willen we ook aan bewustmaking doen rond alle oorlogen vandaag en in de toekomst. Aan het bunkertje bij de kruising van de Singel en de Stenenbrug onthulden we onlangs ‘Zaad van haat’, een gedicht dat Wilfried schreef.”

Wilfried: “Een conflict blijft woekeren als het niet evenwichtig wordt afgesloten met alle partijen. Dat zag je na de Eerste Wereldoorlog, maar ook in Rwanda waar ik woonde ten tijde van de genocide en de burgeroorlog die eraan voorafging. Halsoverkop moesten mijn vrouw, onze twee jonge kinderen en ik vluchten. Wordt zo’n conflict niet afgesloten, dan gaat het zaad van haat kiemen. En daarover gaat mijn gedicht.”

Zittende en staande mensen luisteren naar violiste

“Als je aan mij vraagt wat ik het belangrijkste vind aan wat we doen, is het dat we een stuk geschiedenis van onze buurt en van de stad Antwerpen naar boven brengen. En dat mensen zo beseffen dat het hier heel erg is geweest."

Buurt met veel Joodse inwoners
Koen:
“Vier jaar geleden gingen we in op de uitnodiging van district Borgerhout om iets te doen rond littekens. Wilfried ontdekte dat er tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Jules Van Beylenstraat een Joodse familie woonde die is weggevoerd. We gingen verder op onderzoek en ontdekten al vrij snel dat er in die tijd veel Joodse mensen in onze buurt woonden. We vertrokken van lange lijsten met namen om de concrete verhalen te achterhalen. Het voelde bevreemdend dat wij van die geschiedenis niets wisten. Dat onderzoek was de aanleiding voor het ontstaan van onze groep. Onze voornaamste missie is om de buurtbewoners van vandaag te laten weten wat er hier gebeurd is in de oorlogsjaren. Dat doen we onder meer met een buurtwandeling die wordt begeleid door Wilfried.”

Wilfried: “Tijdens de wandeling vertel ik het verhaal van mensen voor het huis waar ze woonden. En hoewel er geen verdere fysieke elementen refereren aan hun leven, werkt dat echt goed. De deelnemers zijn geboeid. En ik zie hen ook onderling kennis en ervaringen uitwisselen. Soms vullen ze me aan. Hier zijn meer dan duizend mensen opgepakt en gedeporteerd uit toch een beperkte buurt. En nooit had ik daarover iets gehoord, hoewel ik hier geboren en getogen ben. Waarom dat zo was? De archieven van het politiekantoor van deze buurt zijn verdwenen. Maar misschien heeft het ook iets te maken met het narratief na afloop van de oorlog. De gestrafte collaborateurs vonden dat ze te zwaar werden aangepakt. Hun protest kreeg de overhand. De schaarse teruggekeerde Joodse mensen en de verzetsmensen zwegen vaak.” 
 

Mensen luisteren naar vertellende man voor een gevel

Wilfried Defillet, terwijl hij een wandeling begeleidt (centraal): “Tijdens de wandeling vertel ik het verhaal van mensen voor het huis waar ze woonden. En hoewel er geen verdere fysieke elementen refereren aan hun leven, werkt dat echt goed. De deelnemers zijn geboeid."

Koen: “In deze buurt woonden veel goed geïntegreerde Joden met een redelijk goed inkomen. Door de vele nieuwe woningen die hier tijdens het interbellum werden gebouwd en de tramverbinding met de diamantwijk, was dit voor hen een interessante buurt. Veel van die mensen werkten in de diamantsector. Ten zuiden van de Gitschotellei waren er straten die haast volledig Joods waren.” 

Weer naar huis brengen
Koen:
“Door ons onderzoek waren we in staat om de namen uit de lijsten letterlijk een gezicht te geven. Dus konden we ook in onze buurt struikelstenen leggen, intussen meer dan twintig. We leggen ze voor Joodse buurtbewoners, maar ook voor verzetsmensen.”

Wilfried: “Je zou kunnen zeggen dat we die mensen met de struikelstenen weer thuis brengen, naar de plek waar ze horen.”

Koen: “Die mensen zijn niet alleen vermoord en weggevoerd, maar dreigen ook te worden vergeten. En een dode is maar dood als hij vergeten is. We merken dat ons initiatief veel betekent voor de nabestaanden. Niet zo lang geleden kwamen voor het leggen van een steen meer dan vijftig mensen opdagen, waaronder nabestaanden uit Amerika. Die nabestaanden koesteren soms nog zeer sterke herinneringen aan hun ouders of grootouders. Ze vinden soms zelfs geen woorden om hun dankbaarheid uit te drukken. Wij zorgen voor een laatste rustplaats, een grafzerk die een slachtoffer nooit gekregen heeft, een ritueel dat nooit werd gehouden.”
 

Man spreekt achter microfoon voor gevek

Koen Huybreghts, bij het leggen van de struikelstenen voor de familie Vos: "Wij zorgen voor een laatste rustplaats, een grafzerk die een slachtoffer nooit gekregen heeft, een ritueel dat nooit werd gehouden.”

Impact van het gemis 
Wilfried:
“De dochter van het echtpaar Saks-Rutsky vertelde bij het leggen van de struikelstenen voor haar ouders hoe groot de impact was van het gemis. Ze was zes jaar toen ze van hen gescheiden werd, zij zijn vermoord in Auschwitz. Ze vertelde hoe ze alle belangrijke momenten in haar leven moest meemaken zonder haar ouders: haar afstuderen, haar huwelijk, de geboorte van haar kinderen. Dankzij de struikelstenen heeft ze voor het eerst een tastbare herinnering van haar ouders.”

Koen: “We organiseren wandelingen om de struikelstenen te financieren. Maar vaak komt de financiering van anderen, zoals Kazerne Dossin of de nabestaanden. Die laatsten vinden het vaak hun morele plicht om dat te doen. Wij treden sowieso faciliterend op, en doen de nodige opzoekingen. Ook voor Open Huizen faciliteren wij. Al drie keer deden we mee. Wij kennen de verhalen en de huizen in onze buurt. We nemen contact op met de huidige bewoners, vertellen hen het verhaal van de mensen die ooit in hun huis woonden en stellen hen Open Huizen voor. En dan vragen we hen ook of ze willen meedoen. Bij de laatste editie konden we vijf activiteiten laten doorgaan. Sommige mensen regelen alles zelf, anderen staan we bij met raad en daad.”

2 plaatsjes in de stoep, voor Jacob Saks en Dora Saks-Rutzki

De struikelstenen voor Jacob Saks en Dora Saks-Rutzki in de Gitschotellei, tegenover het Te Boelaerpark."Dankzij de struikelstenen heeft hun dochter voor het eerst een tastbare herinnering van haar ouders.”

Geschiedenis naar boven brengen
Wilfried:
“Als je aan mij vraagt wat ik het belangrijkste vind aan wat we doen, is het dat we een stuk geschiedenis van onze buurt en van de stad Antwerpen naar boven brengen. En dat mensen zo beseffen dat het hier heel erg is geweest. Zo komen we weer uit bij het begin van mijn verhaal. Als conflicten niet op een goede manier worden afgerond zonder dat alle betrokken partijen erbij betrokken zijn, dan herhaalt de geschiedenis zich.”

Meer informatie of een wandeling boeken? Ga naar https://littekensboelaerbuurt.blogspot.com/

Dit is de eerste aflevering van een reeks over Antwerpse burgerinitiatieven rond de Tweede Wereldoorlog.

Cookies opgeslagen