
© Kazerne Dossin
In 1938 ruilen de Joodse zussen Roza en Frantiska Safar-ova, alsook hun nicht Ruzena, het boerenleven in Tsjechoslowakije in voor een nieuw bestaan in Antwerpen. Na de Duitse inval in mei 1940 ziet hun toekomst er niet rooskleurig uit. Ze moeten zich inschrijven in het Jodenregister en in 1941 worden ze als Joodse ‘vreemdeling’ verplicht om naar Limburg te verhuizen. Geïnspireerd door de Pools-Joodse Frieda Buchhalter, sluiten ze zich aan bij het communistisch verzet. Ze ondernemen allerlei acties zoals het vervoeren van explosieven, spionage en sabotage. Omwille van hun verzetsdaden, worden ze gezocht door de nazi’s en moeten ze regelmatig verhuizen om niet gearresteerd te worden… Tijdens Open Huizen vertelt Regina Normon dit spannende verhaal van haar moeder en tantes.
Vertellingen
10/05/2025 14:30 |